Een grijze regenachtige dag, ik vulde het met internet, werkte aan mijn website en keek nog wat via Google Maps naar oude Franse dorpjes. Het begon te jeuken, ik wilde verder. Dus ik droomde en vulde mijn hoofd met plaatjes.
Aan het eind van de middag kwam ik weer terug op de wereld en bereidde ik in de keuken van de gite een sushi ‘workshop’ voor. Vorig jaar had ik mijn sushispullen hier achtergelaten. Een complete doos met sushi spullen voor acht personen. Ik had het vorige week aan Liese laten zien en zij opperde om met zijn allen sushi te gaan maken. Toen ik de keuken in kwam was Liese rijst aan het koken, samen met Martin was ze rijstmelk aan het maken. Ze kookte rijst, maalde het met water en vijgen fijn in een blender en zeefde het, door het door een koffiefilter te gieten, zonder papieren filter.. Ik had nog niet eerder gezien dat iemand de rijst eerst kookte, volgens Liese was dit de manier zoals zij het kende, en aangezien er geen hoge snelheidsblender op La Caille is, misschien ook wel een goede manier, het nadeel hiervan is wel dat er veel vezels in de melk komen en de melk een soort rijstepap wordt. Als je rijstmelk maakt doe je er een dadel of vijg doorheen, voor de zoetigheid. Dan heb je al veel koolhydraten en voeg je er nog suiker aan toe ook.
Vandaag was dus een koolhydraat dag, ik bereidde me op het ergste voor, dat ik me de volgende dag brak zou voelen, zoveel koolhydraten, suiker, sojasaus, sesam, allemaal dingen die bij mij niet goed vielen. De keuken was dus vol met rijstmelk. Ik begon met de voorbereidingen en kookte een kilo dessertrijst. Er was geen sushirijst in de winkel en had dan maar dessertrijst gekocht, dit is ook rond en papperig, dus vast net zo goed. Na het koken voegde ik erythritol (nepsuiker) en appelazijn toe, als vervanging voor rijstazijn en mirin. Het smaakte prima. Ik bakte de kip in sesamolie en maakte een teriyaki saus zonder de teri en zonder yaki, in ieder geval zonder mirin en saké, alcohol die er normaal gesproken ingaat, want dat hebben ze hier op het platteland ook niet. Ik mengde zoete ketjap met gember, knoflook en sesamolie, dat was het. Desalniettemin was het erg lekker.
Een uurtje later kwamen de andere bewoners en de kinderen. We sneden de groenten, maalden de rode kool heel fijn voor een rawfood sushi versie. En omdat er maar één pakje nori zeewier in de winkel was, knipte Lora snijbietvellen. In de kas op La Caille had Lora veel snijbiet staan en sommige bladeren waren al gigantisch groot. Het waren ideale bladeren om iets mee in te pakken. En de geknipte vierkante vellen snijbietblad waren op zich al haute cuisine om te zien. De mooie witte en gele nerven op zijn groen vierkant vlak, heel mooi. De snijbiet plakte niet zo goed als de nori, maar als je wat rijst gebruikt kon je het daar ook mee dicht plakken. De rawfood sushi maakten we dus van fijngemalen rode kool. Hier knijp je het vocht uit met een kaasdoek. Vervolgens doe je er granaatappelmelasse, tahin, chili peper en zeezout naar smaak door, zodat je een pittige en hoog op smaak gebrachte plakkerige rode kool mix hebt. Deze rolden we in de snijbiet bladeren met als vulling een reep mango. Als vulling voor de gewone sushi hadden we wortel, komkommer, kip, zalm, omelet en gekookte rode bietjes. Doordat we met acht man sterk rolden hadden was het werk redelijk snel gedaan en konden we genieten van een grote tafel overladen met borden vol sushi. We aten tot we omvielen, je bleef er van eten. Doordat we ook rawfood sushi hadden en we ook redelijk wat kool aten, bleef het een fijne maaltijd met toch ook behoorlijk wat groenten. Na de afwas draaiden we in de keuken samen met Martin en Liese nog wat oude jaren tachtig en negentig muziek; The Cramps, Run DMC, Rage Against The Machine, The Buzzcocks, The Presidents. En ik mag niet vergeten te melden dat Liese nog een lichtshow gaf met een hele grote marjorette stok waarvan de uiteinden branden. O, wat had ik dat even nodig! Het was een fijne avond en ik was de volgende dag niet ziek. I love the countryside wel weer.