Tag: pen en inkt

Charisma, tekenen en jezelf vermaken

Zomertijd. Ondanks dat we vroeg in slaap zijn gevallen, zijn we toch op een normale tijd opgestaan. Buiten is het grijs, maar niet zo koud als afgelopen dagen. Als je, zoals nu, niet kunt reizen ga je op andere dingen letten. Zo houdt Roy de vogeltjes in de gaten, er is een zwarte roodstaart koppel wat in de buurt van de camper nestelt, ze vliegen hier af en aan. Tijdens ontbijt hebben we uitzicht op Lavuka en Iris, de paarden van La Caille. Ze hebben een half uurtje terug hooi gekregen, na het eten van het hooi zie ik Lavuka aan de bloeiende sleedoornstruiken trekken, waarschijnlijk eet ze zoete bloemetjes als toetje. Liese loopt voorbij met haar kom muesli en haar telefoon, op weg naar de gite, daar zit ze altijd buiten op het bankje zodat ze wifi heeft. Verder blijft het uitzicht elke dag hetzelfde en toch verandert het iedere dag een heel klein beetje. De vederceder en sleedoorn staan in bloesem, het gras is groen en de knoppen van de appelboom ontspruiten en iedere dag zie je de blaadjes een stukje verder groeien. 

 

Ik ben moe van een nacht snotteren, jeuk, ik had gisteren teveel tarwe gegeten. Met het grijze weer buiten voel ik geen behoefte om wat te doen. Roy wast zich in het keukengootsteentje met een pak water en wat zeep. Het waterpompje is waarschijnlijk stuk. Vier dagen terug ging ineens het licht uit in de camper nadat Roy de waterpomp had aangezet. De zekering doorgebrand. We hebben er nog niets aangedaan omdat we toch geen waterpomp kunnen kopen en je moet eerst alles doormeten om te zien waar er stroom op staat en we hebben geen multimeter. Het gaat best zo.

Ik loop een rondje op een grasveld, zie de bloesem van de fruitbomen die bijna uit zijn, ben voor de zoveelste keer betoverd door de schoonheid van de wolfsmelk, zo fluoriserend groen en zo mooi van vorm! Zelfs de ridderzuring bloemen die bijna uit zijn vind ik mooi terwijl je die normaal zo voorbij loopt. Als je stilstaat op een grasveld en de grond waarop je loopt eens goed bestudeert zie je zoveel meer. Ik moet zeggen dat dit grasveld dan ook wel meer planten dan gras is. Ridderzuring, paarse dovenetel, melkdistel, weegbree, wilde geraniums, grote zuring, zijn zomaar wat planten die ik in de gauwigheid herken. Ik voel me rijk als ik zo op het gras sta. Ik zie dat alles eetbaar is. Maar nee, ik ga het nu niet plukken, het is goed zoals het is. Ik moet pas iets plukken als ik het direct ga verwerken, anders kan ik het alsnog weggooien omdat ik het vergeet uit een zakje te halen en de bloempjes 

verwelken heel snel. Ik dacht dat het niet zo koud was, maar na het maken van wat foto’s van mijn plantenvrienden, heb ik toch behoorlijk koude handen, het zou me niet verbazen als het maar 5 graden buiten is. 

Ik ga naar de gite, plaats de foto’s op instagram en blijf vervolgens in Instagram hangen om foto’s van Iris Apfel en wat tags te bekijken. Zucht. Toch ook leuk he. Grote dikke nepbonten jassen met grote pluizen, grote bombastische kettingen. Iris kleedt zich als een Afrikaanse koningin. Als een wild dier, een leeuw. Als de grote leider. Ben je zelf klein, maak je zelf dan groot met je kleding. Zet leeuwen- of berenschedels op je hoofd, draag verentooien. Laat zien wie de koning of koningin is. Het volk smult ervan. Of je nu een echt koningin bent of de koningin van de extravagante mode. Dat maakt niet uit. Leiderschap, charisma is wat telt. Het is vermaak en tegelijkertijd geeft het de burger moed. Als zij het kan, kan ik het ook.

 

Ik volg naast Iris Apfel, ook folklore slavische accounts op Instagram. Folklore kleding uit Oekraïne, Hongarije, Roemenie. De bloemen, de kleren, de trots van de mensen. Mannen met grote bonten mutsen en lange bontjassen en grote leren laarzen, vrouwen met bloemenkransen in hun haar, net Frida Kahlo. Je wordt er vrolijk van en het heeft ook weer iets koninklijks.Het zijn ook veel zwartwit foto’s van folklore uit vroeger jaren. Mensen op het platteland, mannen die met een wilde blik de camera inkijken. Alsof ze net met beer gevochten hebben en vervolgens een fles wodka leeg hebben gedronken. Vrouwen die zoals altijd lief en verzorgend kijken. Kou, afzien en toch er mooi uitzien. Als ik dit zie dan denk ik, ja ik wil meer met mode doen. Ook op het platteland, zij doen het tenslotte ook. Tradities, religies helpen hen daarbij, laat ik die nou net niet zo sterk hebben. Ik zou wel meer aandacht aan mijn garderobe moeten schenken. Terwijl ik dat denk, draag ik al drie weken dezelfde truien en warme fleece broek. Het wordt tijd dat we weer eens in de bewoonde wereld komen! Maar ja, dan nog, de kledingkast in de camper puilt uit en we hebben al teveel kleding. Wel neem ik me voor om, als ik iets leuks zie, dit te verruilen voor de Hennes en Mauritz shirts. Al blijft het een dilemma: Ze zitten zo lekker. En die mooie folklore kleding lijkt me gewoon niet lekker zitten. Ik heb vorig jaar een jaren veertig jurk gekocht bij de Emmaus in Moulins. Mooi wit, maar ik heb hem niet meegenomen op reis. Ik

Bij het vorderen van de ochtend begon het te ijzelsneeuwen met wind. Het is ineens weer een stuk kouder. Zo warm als het gisteren was, zo koud is het vandaag! Ik trek me terug in de gite om mijn werk af te maken, morgen heb ik weer drie cliënten waarvoor ik adviezen moet schrijven. Als dat af is, kijk ik wat Roy aan het doen is. 

Ik tref hem bij de overkapping voor het Outillier, de schuur waar het gereedschap ligt en waarnaast een houtwerkplaats is. Daarnaast ligt weer de kippenren. Allemaal aan elkaar vast. Conny heeft gisteren een rechthoekig houten raamwerk met allemaal kleine raampjes en klapdeurtjes opgehangen, voor educatieve doeleinden. Het raamwerk lag er al drie jaar, een ecovolunteer wilde het bij de overkapping bij de moestuin ophangen, voor als er schoolklassen komen, dan kunnen ze achter ieder raampje een dierenafbeelding zien waarvan ze dan een pootafdruk kunnen zoeken. Alleen zijn er altijd veel ideeën en wordt de helft niet uitgevoerd. Nu is het dus op een andere plaats opgehangen en in de blanke lak gezet. Roy zag het hoekje en dat het houtwerk en de muren allemaal wat kapot waren en bood aan om dit samen met Lenny op te knappen. Dus toen ik naar hen toeliep waren ze samen aan het schilderen. Lenny schilderde de deur en Roy een houten bankje. Hij gaat ook nog een houten mozaïek maken om de afscheiding naar het houtatelier af te schermen met iets decoratiefs. Zoals gezegd plannen te over en nu met het Corona regime, ook genoeg tijd. Voor Roy is het een welkome afleiding voor het schilderwerk aan de gite. Vandaag is het toch ook te koud om te schilderen. 

Rond lunchtijd eten we met z’n drieën een kop goed gekruide kerrie-koolsoep. Lenny gaat een tukkie doen en Roy klust nog even wat door, ik besluit om in de gite te gaan zingen. Na een half uur is dat ook wel weer genoeg geweest. Roy heeft zich warm gedoucht en we lopen samen, met het keramische kacheltje onder mijn arm, want het ding gaat steeds heen en weer tussen de camper en de gite, naar de camper. Roy is nu voor het eerst aan het tekenen in de camper, met het keramisch kacheltje in zijn rug. Met zijn muts op, een vel papier en zijn potlood in zijn hand hoor ik hem af en toe lachen om de tekeningen die hij maakt. Wat moet het toch leuk zijn als je zo je eigen wereld kan scheppen. Je tekent iets en hebt lol om wat je zelf maakt. Ik probeer dat wel eens over te nemen. Maar het komt me niet van nature. Gelukkig zijn er vele mensen met mij die dat ook niet van nature hebben, zodat ik me daar niet druk over te maken, maar het helpt wel ontzettend in het leven om plezier te hebben om de dingen die je zelf verzint. Roy zorgt voor de vrolijke noot, net zoals zijn moeder. Altijd opgewekt en vol met grapjes. Soms een beetje teveel, maar beter teveel grapjes dan een chagrijn. Ik zou niet weten hoe ik nu zou zijn zonder Roy. Heel droog, of toch nog steeds grappig op mijn eigen manier? Ik ben lang niet zo grappig als Roy. Zonder hem zou ik in ieder geval hier niet in een camper zitten. Of, misschien ook wel, maar dan in een makkelijk bestuurbaar busje.

Mijn vermoeidheid knapt op. Roys tekening staat ondertussen al half in de inkt en moet weer zo lachen. Ik ben het gewend en negeer het. Vaak snap ik de grap ook niet. Dan laat hij zien wat hij getekend heeft: “Is het niet leuk! Hahahaha!”, als ik dan zie dat het grappig dan denk ik: Ja, grappig, maar ook niet zo grappig dat ik hardop moet lachen (nu heb ik dat toch niet snel met tekeningen, ook niet met strips). Of ik denk: Wat is hier grappig aan? Een afknapper voor hem. Ok, ik kijk toch even. Hij blijkt een tekening te maken van Lenny die gedragen wordt op een bed met hemel door de dieren. Een erg leuke tekening die ook 

 Een erg leuke tekening die ook snap en ik moet lachen. 

Ik besluit om me op de op de bank te nestelen met een dekbed en een boek te gaan lezen. Ik trek hiervoor de zitting van de dinette (de twee bankjes tegenover elkaar met de tafel ertussen) aan de zijkant veertig centimeter uit, leg de bijbehorende extra zitting kussen hier in, et voila een bank van 1.20 cm. Lang genoeg om overdwars met kussens in mijn rug, met gestrekte benen te zitten. Ik leg het dekbed over mijn benen, en begin met lezen. Dit ligt zo comfortabel dat ik niet veel later in het alkoofbed lig om even lekker weg te soezen. 

Rond zes uur ‘s avonds, ik denk een uur later, kom ik er weer uit, check de mail en doe wat boekhouding. Een uurtje later beseffen we dat we toch wat moeten eten. 

We zitten allebei te wachten tot de dag voorbij is. Morgen nog zo’n dag en dan wordt het weer warmer. Roy heeft trouwens de tekening aan Lenny gegeven. Ze snapte niets van de lol van de tekening en vroeg zich af wat ze er mee moest en gaf hem terug aan Roy. Over het niet snappen van zijn humor gesproken. Bijzonder en toch ook wel weer begrijpelijk.

We gaan de nacht in. Sinds we in de camper slapen snurkt Roy. Ik denk dat het misschien komt doordat hij aan de binnenkant ligt, dat hij daar wellicht minder zuurstof heeft. Omdraaien is geen optie voor Roy, want dan moet ik over hem heen klimmen als ik vroeg wakker wordt of vervelender, ‘s nachts.