Echt een zondag, het was een wat grijze miezerige regen dag. Ik deed mijn yoga, keek Netflix, een slechte serie die zich afspeelt in Istanbul, waardoor ik toch bleef kijken, gewoon om plaatjes van Istanbul te zien, schreef in mijn dagboek, we ontbeten laat. Lekker suffig. Na het ontbijt liepen we naar het pompiers meertje waar de moedereend woont met haar vijf kuikens die drie dagen terug zijn geboren, de drie ganzen waren dan op dat moment ook net in het meer, een van de mannetjes ganzen terroriseerde moeder eend, hij joeg ze net zolang op tot ze op de waterkant zat. De andere twee ganzen leken zich voor hem te schamen, ze waren al eerder uit het meertje gestapt en zaten achter een bosje te wachten tot macho gans naar hen toekwam. “Lieve schat ,waarom moet dat toch altijd zo?” GAKGAKGAK! Eikel. We bleven kijken, wilden er wel wat aan doen, maar deden niets, ze moesten het toch zelf uitzoeken. Enigszins gedesillusioneerd over wat een sprookjesachtig tafereel had moeten zijn gingen we de dag beginnen, Roy ging terug naar de camper, ik naar het kantoortje in de gite, maar eigenlijk had ik helemaal geen zin meer om te schrijven. Lotte stuurde een app: er waren veel groenten in de kas en ik kon mijn bestelling aan haar doorgeven, dan werd het bij ons thuis bezorgd. Hoe geweldig wil je het hebben! Luca van zeven plaatst dan de bestelling in haar fietsmandje en rijdt het naar iedereen toe. Heel erg leuk.
Eenmaal terug bij de camper maakte ik dan maar een lekkere warme lunch van de groenten en wat gehakt en ik bakte ook wat plakjes walnootbrood in olijfolie, mmm.
Na de lunch nestelden we ons aan de overkant van de parkeerplaats, onder de grote eik, daar is goed wifi bereik. We hadden een video afspraak met Maria en Daan, vrienden van ons in Rotterdam. Het regende heel zachtjes. Maar met een kop thee en gezelligheid merkte je daar niets van. Toch fijn om weer wat vrienden te spreken. We houden het vrienden en familie contacten gevoel vast. Roy tekende nog wat ansichtkaarten en ik beschreef ze, snailmail. Postzegel erop; hoe lang is het geleden dat ik een postzegel heb geplakt? Lang. Ondertussen is het alweer eind van de middag, het bloed begint te kriebelen, we hebben nog niets fysieks gedaan, we moesten iets doen!
Clarice was bezig de pingpong zolder op te ruimen, we keken erop uit vanaf de parkeerplaats, het is de zolder waar we de trap van hadden gemaakt en ik al een week bezig was met het schilderwerk. Zo langzamerhand wordt alles weer opgeknapt en opgeruimd, heerlijk. Ik kreeg zin om nog een deur bij datzelfde gebouw in de beits te zetten. Schuurde het even op, kwast erover. Daarna moest dan ook het plantenhoekje ernaast nog afgemaakt worden. Ik haalde verderop de weg nog wat wilde sedum planten uit de berm en zette ze in de border die ik vorige week heb opgeknapt. Er moest nog wat bij, maar ik wist nog niet wat. Komt vast nog wel een keertje.
Roy werkte verder aan het houten huis waar Lora en Arnold in wonen, de onderkant was rot. Hij had al te rotte hout afgezaagd, vervangen door nieuw hout en een gegoten betonnen band. Nu was het klaar en kon hij het tachtig centimeter hoge afdakje voor de houtopslag weer terugplaatsen. Het afdakje was bedekt met dakpannen, het was even passen en meten met de verschillende dakpannen maar het is gelukt. Zo! De rust was weer terug, kunnen we weer heel ontspannen als jut en jul voor de camper zitten.