Count your blessings, een corona overdenking.

Het blijft onwerkelijk, eind december brak er in China het Coronavirus uit om een maand later te arriveren in Europa, vooral Italië is zwaar getroffen. Vanuit het niets is het ineens een oorlogssituatie met niemand die je het kwalijk kan nemen. We voelen ons als onderduikers, stiekem bij iemand op het platteland, uit het zicht blijven van de politie. 

Niemand die weet dat wij hier zijn, althans soort van, als je een beetje op Facebook en Instagram kijkt weet je zo waar we zitten en op Polarsteps kun je zelfs onze wandelingen in de omgeving bekijken. Ik weet niet of ik daar goed aan doe, maar ja, we zien wel. We hopen dat we hier niet nog maanden zitten, mocht dat wel zo zijn dan is dat ik niet zo erg. We vermaken ons hier prima en worden warm en hartelijk verzorgd met electra en water. We count our blessings zal ik maar zeggen. 

Het belangrijkste is dat de Franse politie ons niet naar huis stuurt. Dus we blijven keurig op La Caille en maken af en toe een wandeling naar de buren en doen de boodschappen, verder niet. ‘s Morgens als ik mijn ogen open doe, moet ik nog steeds aan wennen aan het idee dat ik boven in de alkoof in de camper slaap. Soms word ik wakker en denk ik dat ik thuis ben, in Rotterdam. Maar nee, we zitten in een camper. Dat betekent nu in deze situatie, met buiten nog geen warme dagen, dat ik, omdat ik altijd als eerste wakker ben, meestal rond zeven uur des ochtends, me uit de alkoof glijden. Eén been op de trap, en één been op de bank, dat blijkt makkelijker dan met twee benen het trappetje afstijgen. Ik zet de kachel aan en kleed me snel aan, het is dan zo’n 8 à 9 graden. Het gekke is dat ik het thuis in Rotterdam, met centrale verwarming, vaak kouder heb dan hier. Ik trek wel direct drie lagen kleding aan, maar als ik dan aan tafel ga zitten om te ontbijten of wat voor me uit te staren, heb ik het niet koud. Als het 16 graden in de camper is, voelen wij ons behaaglijk warm. Een kleine ruimte is in veel opzichten fijner. Het is warmer, het is gezelliger en je kunt vanuit je luie bank bij de eettafel zo bij de keukenkastjes en de koelkast, zonder op te staan. Alsof je in een aangepaste woning voor gehandicapten zit. Nadeel is dan weer dat ik ‘s morgens heel stil moet zijn omdat alleen een gordijntje mij scheidt van de nog slapende Roy. Hij komt een uur later uit bed. Samen drinken we thee en koffie en eten we wat. Rond tien uur gaan we dan werken, schilderen en schuren en ik moet ook vaak voor mijn eigen bedrijf werken. Alleen als mijn eigen werk klaar is, kom ik Roy helpen. Op zich is dat wel fijn, want binnen in een koude ruimte achter een computer werken terwijl buiten de zon schijnt is best suf. Ik kom dan koud uit de gite, waar ik wifi heb en mijn werk kan doen. Als ik dan eenmaal aan het schuren ben ik de zon, knap ik weer op, word ik weer warm. We werken tot een uur of drie, hebben een verlate lunch en klussen wat aan de camper of gaan wandelen. Van de week was het zulk lekker weer dat we Conny en Harmen in de namiddag zon hebben geborreld tot half acht, toen was de zon onder en werd het te koud, maar het voelde als een eerste zomerse avond. Heerlijk!

Hier op het platteland merk je niet veel van Corona, als je echt op het erf blijft en gewoon je ding doet, en geloof me, hier is ontzettend veel te doen nu de lente losbarst, kun je je gerust weken vermaken. Geen moment hoef je je te vervelen of stil te staan bij de situatie elders in de wereld. En daar zijn we heel dankbaar voor, net zoals we dankbaar zijn voor het feit dat we allebei werk hebben. Mijn consulten liepen nog door, aanstaande maandag weer een volle agenda en Roy heeft een betaalde schilderklus. Ik weet niet hoe mijn werk verder verloopt omdat de mensen nu voornamelijk met het Corona bezig zijn en niet veel geld uit zullen geven aan een voedingsplan. 

Toen Roy en ik vanmiddag aan het wandelen waren, kwamen we, net zoals zovelen met ons, tot de conclusie, dat zo’n lockdown een weldaad voor de natuur is. Het leek me een goed idee om ieder jaar een lockdown periode in te stellen zodat de natuur kan bijkomen. Direct daarna bedacht ik me dat we voorheen sowieso zulke dagen hadden: zondagen! Ik had de link nog niet gelegd tussen zondag rustdag voor de mensen, maar die zondag is dus ook heel belangrijk voor de natuur! Een dag waarop we niet veel verbruiken, niet winkelen, niet produceren. Tegenwoordig gaat alles 24/7 door. Eigenlijk zouden we dan ook geen auto moeten rijden. Het is zoals de christenen, geen auto rijden, geen tv kijken, totale rust. Ik ben er voor! Dat moeten we gewoon weer invoeren. Geen uitzendingen op tv. Geen internet. Dagen waarop je niets milieuvervuilends kan doen. Ja, natuurlijk is internet ook vervuilend. Een uur Netflix schijnt heel veel CO2 te veroorzaken. 

 

We moeten iets laten om de wereld een betere plek te maken om te leven. Een schonere wereld. Weer leren onszelf te vermaken. Dat kan niet anders dan positieve ontwikkelingen met zich mee brengen. De overheid en het bedrijfsleven wil ons aan de 5G, meer consumeren, meer internet verbruiken. Maar tegenover zou dan één dag, vooruit in de maand dan, moeten staan om de vervuiling terug te dringen. 

 

Op 16 maart 12:00 uur ging heel Frankrijk op slot, scholen, openbare gebouwen, cultuur, winkels alles ging dicht. Alleen de supermarkten, de bar/tabac, het gemeentehuis, de ziekenhuizen, dokters en de apotheek zijn nog open. De grenzen zijn ook dicht.Je kunt er wel uit, maar niet in. Ook in Nederland zitten veel mensen binnen thuis. Alleen is dit vrijwillig en wordt je niet beboet als je wel naar buiten gaat, wat in Frankrijk wel het geval is. Ga je de weg op, de straat op, zonder formulier waarop staat wat voor nuttigs je gaat doen, dan riskeer je een boete van 135,00 tot 375,00 euro. In Nederland denkt men dat de bevolking zelf kan bedenken wat het moet doen, maar tot nu toe is het geen groot succes. Gisteren was het mooi weer en men ging massaal in de file naar het strand van Zandvoort om daar met zijn allen bij elkaar te zitten. Vandaag is er een amber alert uitgegaan van het RIVM, om vooral niet weg te gaan en binnen in je huis te blijven. Ik hoop dat het helpt. Maar als je niemand kent die het virus heeft of heeft gehad, lijkt het voor veel mensen een ver van mijn bed show. 

Hier in Frankrijk, we zijn nu bijna een week verder, lijkt iedereen zich te hebben aangepast. Waren de supermarkten op woensdag nog vrij makkelijk, je kon met contant geld betalen, personeel droeg geen maskers, en er waren geen schermen bij de kassa. Vrijdag was dit al anders. Alleen nog pinnen en de caissière was haast niet te zien. Wij halen eens per week eieren bij Le Panier Sympa in St. Menoux. Dan gaan we samen op de fiets, met een formulier op zak, in de hoop dat als we politie tegenkomen, ze geloven dat we op La Caille wonen. Want als je geen ingezetene bent, wordt je alsnog naar land van herkomst gestuurd. Tot nu toe heeft niemand die op la Caille verblijft en die heen en weer gereden heeft tussen Bourbon l’ Archambault en La Caille, een politieagent gezien. 

We rijden dan ook niet in de camper, we hebben één keer de auto van Lotte en Arnaud geleend, met Frans kenteken, om boodschappen te doen. Voor de zekerheid.

Het enige probleem wat we dreigen te krijgen, is dat de LPG tank straks leeg is, we kunnen alleen in Moulins LPG tanken, dat is hier 18 km vandaan. En dat is een risico, ziet de politie daar een Nederlandse camper dan weet je dat je naar huis moet. En thuis hebben we ons huis verhuurd. 

In de ban van de kroon

Vanaf 12:00 uur vandaag mag je in Frankrijk niet meer de weg op zonder een geldige reden. Deze redenen zijn geformuleerd op een attest, een formulier waarop je kunt aankruisen wat je gaat doen. Le Attestation de déplacement dérogatoire.

Op la Caille merk je daar weinig van, we zitten op het platteland en la Caille heeft 14 hectare eigen grond. Door de ernst van de zaak, zit iedereen wel op zijn eigen eiland. We leven hier nu met vier stellen waarvan twee met kinderen. We spreken elkaar haast niet. Iedereen moet wennen aan de nieuwe situatie, hoeveel afstand moet je houden? 

Als ik de volgende ochtend naar de gite ga en Martin, de man van het stel in de gite, tegenkom, zie ik dat hij maar uit voorzorg zijn trui voor zijn mond houdt.

Dinsdag is ook het weer opgeklaard, de regen lijkt eindelijk uit de lucht. Het is zo’n 15 graden en we genieten van het zonlicht. ‘s Avonds genieten we van een kampvuur, iedereen bakt pannenkoeken, de honden proberen wat eten te pikken, we zingen, en de Liese blijkt heel leuk gitaar te spelen. Er zijn ook nog twee kleine djembe’s naar buiten gebracht en Cedric de zoon van Martin en zijn vrouw Clarice speelt er op los.

De volgende ochtend vertrekken Sophie en Birit weer naar Duitsland. De Franse grenzen zijn dicht, maar je mag wel terug naar je eigen land.

Het Coronavirus is gearriveerd

Ik heb Arnold gesproken, we houden afstand, geen zoenen, geen knuffels, gek hoor. Met de dag wordt het duidelijker dat het Coronavirus Frankrijk heeft bereikt en dat we rekening moeten gaan houden met afstand houden en verspreiding van het virus tegen te gaan. We leven hier met één jonge vrijwilligster via een Duitse eco organisatie en vier stellen waarvan twee met kleine kinderen. Momenteel zijn er ook twee vriendinnen van Liese op bezoek, Sophie en Birit, leuke stoere meiden. En er is een Quintin met zijn dochter Salome en hun hond Lilou voor een weekend in de gite om even bij te komen en buiten te zijn. Soms gaan er dagen voorbij dat we haast niemand zien, we zitten allemaal op zo’n 50 tot 100 meter afstand van elkaar.
Liese, Sophie en Birit zijn dit weekend naar de geisers in de Puy de Dome.

Camperstandplaats in Moulins

We zijn naar Moulins geweest om weer LPG te tanken, we zijn nu weer 6 dagen verder en zijn benieuwd hoe het met het gas staat. We tanken voor €5,70. De literprijs is 0,80 dus je verbruikt 7 liter per 6 dagen. Dus zeg maar iets meer dan een liter per dag. Afhankelijk van de kou natuurlijk. Zomers is dit aanzienlijk minder. 

In Moulins is ook een camperstandplaats, we gaan hier kijken om te zien we hier ons vuil water kunnen lozen. De standplaats ligt aan de Allier, bij de grote brug waar iedere dag, in de spits, files staan. De twee baans brug is vanuit het centrum de enige weg om naar het westen te rijden, dus altijd druk, maar daar heb je op zich op de camperstandplaats weinig last van. De camperstandplaats lijkt de oude municipal camping te zijn geweest, zo’n 40 plaatsen schat ik en allemaal met gras om de standplaats heen. Er staan overal palen voor elektra en water. 

Alles is geautomatiseerd, er is geen personeel en je betaald met je bankpas. In het midden van de standplaats is het toiletgebouw, maar deze is gesloten in de winter. Al met al een heel mooie standplaats, het is er dan ook druk, er staan nu zo’n 20 campers. We kunnen alleen ons water lozen als we €2,40 betalen, de entree voor het park. Dat willen we niet, maar wel leuk om gezien te hebben. We besluiten om dan even het camperservice punt in Bourbon te gaan bekijken. Daar aangekomen blijk je hier prima je water te kunnen lozen, er is zelfs gratis water.

 

Terug aangekomen op La Caille besef ik dat ik Arnold, de man van Lora, nog steeds niet heb gezien, hij werkt vier ochtenden per week op de school en het lijkt wel of iedereen door het Coronavirus toch afstand houdt. 

Werken op La Caille

Roy is begonnen met het schilderwerk. Ik heb eergisteren mijn consulten gehad en zit voornamelijk iedere dag achter de computer mijn werk te doen. Het is nu anders hier te zijn dan voorheen. Aan de ene kant meer ontspannen omdat je niet leeft met het idee dat we hier iets van willen maken. We hadden voorheen allemaal plannen en ideeën en die konden dan geen werkelijkheid worden en dat frustreerde. Nu maakt het niet uit. We doen wat we doen, en hoeven niet in de toekomst te denken, alleen het nu.

Aan de andere kant is het meer werk. Maar dan ons eigen werk. Voorheen als we hier waren, hield ik wel mijn consulten, maar daar bleef het dan ook bij. Ik werkte ook iedere dag in de gite of in de tuin. Nu lijkt het wel of we nog moeten landen. Ik ben nog niet echt op la Caille, ik werk, maar voel nog geen behoefte om actief bezig te zijn. Alsof de overgang naar een nieuw leven alle energie vraagt. Het zal vast wel komen. Het is voor nu lastig om een balans te gaan vinden tussen het werk voor mijn bedrijf en het werken hier in de tuin. Want beide vind ik leuk en ik zou het liefst wel tuinieren, maar ik denk niet dat mijn cliënten het daar mee eens zijn.

We zijn op La Caille!

We rijden zonder problemen naar Moulins, (de nieuwe ringweg is klaar!) en tanken bij LeClerc LPG om te zien wat we aan LPG verbruikt hebben met koken en de avonden en ochtenden de kachel stoken. Er gaat voor slechts €5,00 in! Dus we verbruiken maar heel weinig. La Caille, daar aangekomen is het als vanouds, een soort thuiskomen. We spreken Lenny en parkeren onze camper op de parkeerplaats voor haar huis. Later spreek ik ook Lora. Er zijn in de gite ook nog gasten. Een gezin met twee kinderen, waarvan één jongetje dat veel schreeuwt en aandacht vraagt. Dat wordt wat..

Camperplaats Longpont

On y va! We begonnen onze rit vanuit Nieuw en St.Joosland waar we via de Westerscheldetunnel naar België zijn gereden. Om kosten te besparen proberen we zoveel mogelijk de peage te vermijden. We reden richting Arras en gingen er voor de peage af, richting Cambrai en van daaruit op de N-wegen richting Compiègne waar we een camperstandplaats hadden gezien bij een oude abdij ruïne in Longpont. Google wist ons te vertellen dat we er 3.45 minuten over zouden doen, wat bij ons meestal een uur langer betekent en in de praktijk bleken we er zelfs twee uur langer over te hebben gedaan. Onderweg stopten we voor wat eten kort bij een Intermarché. We hebben zin in wat komen gaat! Eerst in ieder geval twee weken naar La Caille en daarna door naar Langeac in het zuiden van de Auvergne.

De bouwstijl in de streek bij Longpont is verrassend mooi, natuurstenen huizen, grote boerderijen en hier en daar landhuizen c.q. kasteeltjes. Soissons de stad in de omgeving was in de 13e eeuw de hoofdstad van Frankrijk, wellicht verklaart dat het grote verschil met het meer noordelijke en triest aandoende Cambrai en omgeving. 

Het is jammer dat we hier maar één nacht overnachten, het is hier best de moeite waard. 

 

Klussen bij Frits en Marijke

We hebben alle materialen bij elkaar gezocht en gekocht en hebben twee dagen aan de trap gewerkt, het was weer een goedtest om leren samen werken. Het was echt gezellig om weer bij mijn ouders te zijn, we werden weer heel fijn verzorgd en sliepen iedere avond in onze camper, zo had iedereen nog een beetje privacy en rust. Morgen, zaterdag, vertrekken we dan echt naar Frankrijk!

Nieuw en St. Joosland

We slapen naast de kerk, dit betekent, ieder half uur bimbam en ieder heel uur het aantal uren. Tussen 12 en 3 uur ‘s nachts is de klok stil. En ondanks dat we er zo vlak naast staan, is de bimbam helemaal niet zo erg. Ik hoorde het wel, maar bleef er niet wakker van. Vervelender was ik migraine had gekregen, nog niet zo erg dat ik niets kon doen, maar ik had wel medicijnen nodig en dat maakt je suf en moe. 

Bij Frits en Marijke is het gezellig, we laten voor het ontbijt Saar uit en genieten van het uitzicht over de weilanden en beseffen ons: Ja, we zijn weg uit de stad! Heerlijk!

 

We zijn vertrokken

We zijn vertrokken uit Rotterdam! We zouden op zondag 1 maart vertrekken, maar op zaterdagmiddag wilde Roy de camper inparkeren, achteruit insteken en toen bleef de versnellingspook hangen, zat helemaal vast. ANWB erbij, olie erbij, hutsekluts. Toen kwam hij wel uit zijn versnelling. Roy belde Korpershoek, het was inmiddels vijf uur ‘s middags. En hij mocht langskomen met de zieke patiënt. Dus wij snel daarheen gereden. Bleek een monteur daar ook een oude Peugeot te hebben, die ook hetzelfde probleem had gehad. Dus enthousiast haalde hij alles uit elkaar, haalde nog een veertje uit zijn oude versnellingsbak die hij had bewaard en probeerde de boel te herstellen, maar het mocht niet baten. De tandwielen waren versleten en er moest toch een nieuwe in. Al snel vonden ze er een gereviseerde bij een garage, deze hebben ze maandag en dinsdag erin geplaatst. Roy hielp mee om de kosten te drukken. €2000,- armer en twee dagen later konden we dan toch op pad. Dinsdagmiddag was de camper klaar! Dus snel alles ingepakt en op weg gegaan. Het was inmiddels weer vijf uur ‘s middags, hierdoor zaten we in de avondspits en reden we zo de files in. Maar we hadden geen haast. We zaten daar prima in onze wagen met ons natje en droogje. Op naar Zeeland, naar Marijke en Frits. De komende week blijft het regenen, dus het is niet erg om eerst nog een aantal dagen in Nederland te zijn en bij hen binnen te werken. We gaan de trap renoveren. Schilderen en linoleum leggen.

De camper mogen we parkeren voor de loods van de overbuurman, dat is privéterrein. Anders mag  je in Zeeland nergens vrij parkeren met een camper, alleen op betaalde camperplaatsen ver buiten het dorp.